Spot

Gepubliceerd op 23 april 2019 om 17:36

Het is zover…

 

*spannende toon*

 

Ik heb een vogelgids!

 

Het is wachten tot ik mijn verrekijker uit de la pak en ’s morgens opsta met een tsjilpende lokroepimitatie van de koekoek. 

 

‘KAKAKAAAA! KAKAKAAAA!’ 

 

Het meeste luchtverkeer dat tot nog toe voorbij vloog, fladderde te snel (#vogelaarsproblemen) òf bevond zich te ver weg òf was gemaakt van metaal en maakte een ronkend geluid.

 

Desalniettemin kan deze vogelspotter-in-wording al meerdere vinkjes in haar groene vogelgids zetten:

✓ Blauwe reiger;

✓ Scholekster;

✓ Grote mantelmeeuw;

✓ Kokmeeuw;

✓ Koolmeesje;

✓ Zwarte kraai;

✓ Kauw;

✓ Ekster;

✓ Houtduif en 

Turkse tortel, mijn favoriet!

 

Dit paartje broedt sinds kort in de struik tegenover mijn huis. Altijd samen, zelfs knus met z’n tweetjes bovenop één lantaarnpaal. Het stelletje tortelduiven (ah, daar kwam die uitdrukking dus vandaan) kwam al twee keer hallo koeren op de reling van mijn balkon. Ik heb ze Frits en Jolanda genoemd. De schatjes.

 

Over vogels geschreven: is het je ooit opgevallen dat deze luchtdieren niet rechtstreeks van A(anbouw) naar B(alkon) vliegen? Al observerend ontdekte ik dat ze met een boogje vliegen, een boogje omlaag. Om hogerop te komen, zweven vogels eerst naar beneden. De hoogvliegers hebben diepte nodig om boven zichzelf uit te stijgen. 

 

Meer metaforisch dan dit gaat het vandaag niet worden, mensen.